Waar de een de zomervakantie voornamelijk doorkomt in een of ander tropisch oord of gewoon aan het Hollandse strand, verdient de ander juist het liefst zoveel mogelijk bij. Tot die laatste groep behoort een groot aantal van onze studenten, die nog tot begin september alle tijd hebben om de handen uit de mouwen te steken voor allerhande projecten. Een van die zomerklussen: wijzigingen in tekeningen verwerken met AutoCAD.
Je kent het vast wel: complexe P&ID’s waarop zoveel informatie staat, dat je al snel door de bomen het bos niet meer ziet. Een DWG bestaat vaak uit veel verschillende layers, van 20 tot maar liefst 40. Dit is niet nodig en maakt het geheel hartstikke onoverzichtelijk.
We gebruiken AutoCAD om orde en structuur in tekeningen aan te brengen. Hebben we het over complexe tekeningen, dan brengen we niet alleen wijzigingen aan in de opbouw van de layers, maar we zorgen ook dat de symbolen goed in de tekeningen verwerkt zijn. Daarnaast geven we de lijnen de juiste afstand en dikte, waardoor de tekening er overzichtelijk en rustig uit komt te zien. We doen dit allemaal aan de hand van een standaard die speciaal voor dit werk is opgesteld.
De meeste oude P&ID’s bestaat uit 20 tot 40 layers, wij gaan dit aantal voor je terugbrengen naar zeven layers die we met verschillende kleuren zullen aanduiden en die je onafhankelijk van elkaar aan en uit kunt zetten. Hiermee brengen we niet alleen het overzicht terug, maar kun je ook gemakkelijk zoeken in een technische tekening.
Op layer 1 vind je de apparatuur, dus de tanks / vessels, motors en pompen. Layer 2 zijn de utilities: de kleppen en bijbehorende naam / tag-nummers en de utility-leidingen. Het onderscheid tussen de primaire en secundaire leidingen is afhankelijk van de P&ID.
De process, primaire leidingen staan weergegeven op layer 3 en op layer staat de instrumentatie, dus de meetinstrumenten en bijbehorende elektriciteitsdraden. Op layer 5 worden de verwijsblokken, pijltjes en bolletjes, de specials, weergegeven. De tekst staat in layer 6 en eventuele opmerkingen kunnen in layer 7 komen te staan.
Om een beeld te krijgen van hoe we te werk gaan, verdelen we bedrijven grofweg in twee typen:
- de grote tank terminals;
- de bedrijven waar complexere procestechnologie aan te pas komt, zoals bedrijven in de voedselindustrie, petrochemie en farmacie.
Kijken we naar de eerste groep bedrijven, dan hebben die over het algemeen P&ID’s waarop 1 tank staat. Een tank heeft meestal een leiding in en een leiding uit en in totaal niet meer dan vier leidingen. Heel overzichtelijk dus. Met het herstructureren van de tekening, het goed zetten van de layers en de symbolen is een student ongeveer 1 uur bezig.
In het geval van complexere installaties ligt het - logischerwijs - wat ingewikkelder. Afhankelijk van hoe gedetailleerd de P&ID’s zijn en welke tekenregels we toepassen, schatten we dat we voor het AutoCAD’en van 1 P&ID 1 werkdag nodig hebben.
Studenten zijn jong, enthousiast en leergierig. In het geval van AutoCAD zijn het bij uitstek de perfecte werknemers omdat ze goed overweg kunnen met computers: geef ze een programma en ze begrijpen na een korte tijd al hoe ze er handig mee kunnen werken.
Zeker met de werkzaamheden die wij in deze periode uitvoeren, hebben ze geen lange tijd nodig om het programma te begrijpen.
Zie de voordelen ook in onze infographic, hier vind je alle voordelen van het inschakelen van onze studenten in één oogopslag!
Wil je weten wat we precies voor jouw bedrijf kunnen betekenen? Neem dan contact met ons op!