Een vriend bracht hem op het lumineuze idee om tankterminals met drones te observeren, wat onderhoud van assets efficiënter, makkelijker en veiliger maakt. Met dit idee stapte Thomas Schouten naar MOT, waar hij zijn idee tot uitvoering mag brengen. De Falcker-oprichter over innoveren in de wereld van olie en gas.

“Vier jaar geleden kwam ik voor het eerst in aanraking met drones. Een vriend van mij werkte bij ESA (European Space Agency) en vertelde me over remote sensing: hoe je de aarde vanuit de ruimte observeert en hoe je de data uit die beelden kunt inzetten in bijvoorbeeld de industrie.” Dat resulteerde aanvankelijk in een optimalisatieplatform voor boeren, dat hen hielp hun werkzaamheden in de (aardappel)teelt te vergemakkelijken. “Ik werd gevraagd om daarin een commerciële rol te spelen. Via via zijn we bij McCain terechtgekomen en hebben we met een aantal grote boeren twee pilotjaren gehad. In deze twee seizoenen hebben we heel veel geleerd.”

Van aardappelen naar tanks

Vanwege een ander immens project van McCain liep de samenwerking met de aardappelengigant op een eind, maar Schouten zette het plan van remote sensing door. “Die vriend van mij zei: ‘is zo’n drone-inspectie niets voor een terminal?’ Toen ben ik gaan nadenken: vergelijk het groeimodel van de aardappel eens met het degradatieproces van een tank. Dat werkt precies andersom en daarom kon ik het concept goed toepassen in de technische industrie. Een tank wordt neergezet en vanaf het moment dat hij in bedrijf gaat, begint het degenereren. Het staal neemt af, zaken gaan stuk, er is onderhoud nodig. Als ik deze corrosiemate zie op dit stukje terminal, wat is dan de mogelijke vervolgschade? Dat analyseren we en leggen we allemaal vast. Doe je dat vaker in tijd, dan kun je ook een trendanalyse maken. Je ziet de ontwikkeling van de deficiencies. Als je dat doet, kun je de assessor helpen zijn werk makkelijker en efficiënter te doen.”

Remote sensing op een terminal

Aldus Thomas over een van de voordelen van remote sensing op een terminal. Maar waarom is de techniek nog meer zo goed toepasbaar op deze plek? “Het gaat op zo’n terminal heel erg om veiligheid. Zo zeggen ze bij Shell bijvoorbeeld: elk niet gewerkt manuur is een veilig uur. Wij kunnen er met drones en robotica voor kunnen zorgen dat er minder mensen on site zijn. Daarnaast is het voor onze doelgroep heel belangrijk dat ze compliant werken. Door alles te loggen kun je dat mooi overleggen aan de overheid. En natuurlijk kostenbesparing. Door alles efficiënter te gaan doen geloven we ook dat we kosten gaan besparen. Omdat we nog niet echt een werkend product hebben, maar vooral heel veel mooie verhalen vertellen weten we nog niet of dat daadwerkelijk zo gaat zijn, maar we gaan er wel vanuit en hebben er ook serieus bewijzen voor hoor!”, lacht Thomas.

Launching customers

Na het pitchen bij MOT volgden vele gesprekken. “We hebben ongelooflijk veel gepraat. Inmiddels heb ik natuurlijk veel meer technische kennis, destijds was dat nog beperkt. Eigenlijk was ik nog helemaal blanco. Daardoor heb ik alle vragen gesteld die ik wilde en dat bracht hen soms ook weer op nieuwe ideeën. In dat opzicht was dat zeker een voordeel. Ik geloof heel erg in co-creatie en launching customers: het schaalbaar maken van een probleem voor een klant, wat een probleem in de sector kan oplossen.”

Onzekerheid

De ontwikkeling van Falcker had wat voeten in de aarde. “Je moet je voorstellen, een startup in de olie- en gasindustrie, dat gaat wel even duren. Maar de spanning, het ‘gaat het me lukken?’, dat is voor mij een enorme drive. Al zijn er nog zoveel onzekerheden, ik geloof dat als je denkt dat het goedkomt, dat je daarop ook kunt sturen.” MOT zei uiteindelijk ja, tot grote opluchting van Thomas, die er na de komst van Perry Verhoef en Robert Sloot al gauw achter kwam dat Falcker nog meer versterking nodig had. “Er is zoveel data om te verwerken. Die stroom aan beelden en foto’s moeten worden gescand op deficiencies: bijvoorbeeld op corrosie of andere afwijkingen. We wilden dat geautomatiseerd doen en zo kwam ik uit bij Gerben van Ask Roger uit Delft en Duco van Symbioo. Duco, een Software Architect, heeft me daarna geholpen de eerste lijnen uit te zetten. Hij sprak de legendarische woorden: ‘Vertel me je droom, dan droom ik met je mee.’ Inmiddels is er een portal waar al die data geprocessed wordt.”

Kennis uit de industrie

En in het verwerken van die data speelt Ivy Global een rol. “We verzamelen data. Op assets ligt er al veel in de wet vast, je moet het zo goed mogelijk bijhouden. Daar staan best wat afkeurcriteria in. Met Perry en Ivy Global hebben we nogal wat industriekennis in huis. Zij helpen mij te vertalen voor de softwarebouwers en andersom, naar de mensen on site.” Daarnaast werkt Ivy fijn als een flexibele schil. “Ze helpen ons om de snelle groei binnen ons bedrijf op te vangen. We zijn allemaal aandeelhouders die veel werk uitvoeren. Dat maakt dat we onwijs druk zijn en bijvoorbeeld geen tijd hebben voor HR. We kunnen veel bij Ivy neerleggen. Ivy zorgt voor auto’s en contracten. Jan-Willem en Almar worden bij ons gedetacheerd en op bepaalde klussen zetten we studenten in."

Studenten

Een van die studenten is Stanley, die onder begeleiding van iemand van Falcker bezig is met het ontwikkelen van een algoritme voor het automatisch herkennen van corrosie. "Dat is bijzonder, dat zo’n jongen leert hoe hij dat moet doen, aan het werk wordt gezet en voor ons zoiets belangrijk te ontwikkelen. Echt knap vind ik dat.” Bovendien vindt Thomas het werken met studenten ook gewoon leuk. “Ik krijg er energie van. Ik vind het mooi om ze te begeleiden. Bij Falcker zijn we allemaal eigenaar van het bedrijf en je ziet dat die gasten dat heerlijk vinden, dat flexibele en het vertrouwen. Die vrijheid werkt goed. Ik denk dat het voor de nieuwe generatie niet meer ‘9 tot 5’ is. En laten we wel wezen: zij zijn de mensen in de industrie die het moeten gaan doen.”