Studenten die voor Ivy Global werken, hebben soms rondom hun studie andere toffe projecten lopen. Verschillende van hen zijn aangesloten bij de Dream Teams van de TU Delft. Zo ook Steven Verwer. Hij was het voorbije studiejaar hoofdontwerper van de raketten van Stratos.
De Stratos-raketten zijn het vlaggenschip van DARE (Delft Aerospace Rocket Engineering), waarvoor Steven een belangrijke rol heeft vervuld. “Als werktuigbouwkundige ben ik terecht gekomen bij DARE. Ik ben daar hoofdontwerper en leider van de hele neuskegelsectie geweest. Dan heb je het over de compositie van de neuskegel, de punt, maar ook wat er in die neuskegel zit. Dat zijn bijvoorbeeld de hoofdcomputer en sensoren die meten hoe hoog de raket zich bevindt.”
Europees record
Stratos heeft altijd één duidelijk doel voor ogen gehad, namelijk het Europees record voor door studenten gebouwde en amateurraketten te verbreken. Met Stratos I en II vestigde DARE ook dat record, maar inmiddels is het niet meer in Delftse handen. “Het doel was om dat met Stratos III weer terug te pakken. Dus hadden we als doel gesteld een hoogte van 60 tot 70 kilometer halen. Helaas is dat project ten onder gegaan aan roll pitch koppeling. Dat betekent dat de raket instabiel wordt, omklapt en schreef gaat vliegen. Hij beweegt nog wel in dezelfde richting, maar niet met de punt naar voren, maar opzij. Daar is de raket niet op gebouwd, dus dan breekt hij uiteindelijk af. Dat is een heel veel voorkomend probleem bij lange dunne raketten.”
Ondanks de mislukte poging kreeg het Stratos-team goede resultaten binnen. “We hebben uit de data kunnen aflezen dat de raket de potentie had om wel honderd kilometer hoog te komen. Eigenlijk is dat altijd het einddoel geweest van Stratos: de ruimte bereiken. Dat is altijd een beetje de magische grens geweest, het einde van de atmosfeer. Daarmee hopen we ook in het Guinness Book of Records te komen.”
“Dit jaar hebben we er daarom voor gekozen om niet alleen voor het Europese record te gaan. We willen het gat naar de ruimte toe gewoon in een keer dichten. Die honderd kilometergrens willen we echt overschrijden met deze raket”, vervolgt Steven. “Een ander doel was om het project niet in twee jaar, maar in een jaar tijd af te ronden. Helaas is dat niet gelukt, want we hadden niet genoeg budget om de raket te lanceren. De raket zelf is wel klaar en kan volgens onze simulaties ergens tussen de 100 en 120 kilometer hoogte komen. Of misschien zelfs nog iets hoger. Nu is de lancering uitgesteld naar augustus volgend jaar.”
Lanceren in Zuid-Afrika
Dat er niet genoeg budget voor de lancering is, heeft onder andere te maken met de locatie, namelijk een lanceringsbasis in Zuid-Afrika. “Als je vanuit Delft de raket zou lanceren, zou je een veiligheidszone moeten creëren tussen Delft en Almere. Minstens. In Nederland is zo’n lancering dus vrijwel onmogelijk. Stel je schiet verkeerd, dan loopt dat gewoon niet goed af.” Sowieso worden er op het gebied van veiligheid ontelbaar veel voorzorgsmaatregelen getroffen. “Ons systeem dat de raket moet stoppen als die uit zijn veiligheidszone dreigt te gaan, dat systeem heeft de hoogste standaard die er is. Dat soort systemen mogen wij niet zelf maken, die kopen wij ook. Dat mag niet fout gaan.”
Het gegeven dat er niets fout mag gaan, is voor Steven een van de aantrekkelijke dingen aan het project van DARE. “Je bouwt iets dat naar de ruimte kan, waarbij elk klein foutje dat je maakt als gevolg heeft dat de raket explodeert of opbreekt. Als je niet aan de eisen voldoet, dan is je raket weg. Dat is heel uitdagend. Daar komt nog eens bij: je hebt maar één raket, één kans. Bij de Formule 1 kan je een aantal vrije trainingen doen, kan je je auto aanpassen aan het circuit. Of bij een crash, dan kan je bepaalde onderdelen vervangen. Bij een raket geldt: gaat het fout, dan is hij weg. Gaat het goed, dan kan je hem ook niet nog veel verder tweaken.”
High-end
Dat perfecte ontwerp creëren ligt dus alweer even achter Steven. “Het eerste halfjaar bestond vooral uit het ontwerp maken. Dat design hebben we helemaal zelf bedacht. We hebben niks overgenomen. Bovendien hebben we zelf alles gefreesd en gedraaid, composieten hebben we zelf gebouwd, carbonfiber bijvoorbeeld. Voor de neuskegel hebben we ook Twaron van Teijin Aramids gebruikt, dat is een soort kevlar, zodat de radiogolven wel door de neuskegel komen. Verder hebben we nog een geprinte titanium uitlaat om het gewicht van de raket met zo’n zeven procent te verminderen. Dus dat zijn echt wel high-end dingen die we hebben gemaakt.”
Na zijn jaar bij Stratos gaat Steven zich komend studiejaar verder focussen op de ruimtevaart. Daar hoopt hij uiteindelijk ook werk te vinden. “Als ik zou mogen kiezen, dan kom ik terecht bij Space X. Dat blijft de gaafste, dat je ook weer een landing maakt met de raket. Zelf richt ik mijn vizier nu op ESA – de Europese ruimte organisatie – ArianeGroup en Airbus. Dat zijn de grote spelers in de Europese rakettenbouw.” De voorbije twaalf maanden hebben er in ieder geval voor gezorgd dat hij een stuk verder is. “Aan het begin van het jaar wist ik alleen dingen over productie uit de boeken. Nu ben ik iemand die een werktekening krijgt en in een klap aan de slag gaat met bouwen. Ik kan nu echt zeggen dat ik ervaring met productie heb."